luchtaanvallen
en daar middenin een vlinder
die ik zie dansen
bitter drijft de menselijke
stupiditeit me tot tranen
kūshū no / sanaka ni chō no / asobu mite / shimijimi hito no / orokasa ni naku
空襲のさなかに蝶のあそぶ見てしみじみ人のおろかさに泣く
na een heldendood
toch levend teruggekomen
die zijn er, zeggen ze
de urn met de botten van mijn zoon:
als ik haar schud hoor ik ze rammelen
eirei no / ikite kaeru ga / ari to iu / ko no kotsu-tsubo yo / fureba oto suru
英霊の生きてかへるがありといふ子の骨壺よ振れば音する
zie ik de zee, dan
het verdriet van de zee
zie ik de berg, dan
de eenzaamheid van de berg
nergens een plek om te zijn
umi mireba / umi no kanashisa / yama mireba / yama no sabishisa / mi no okido naki
海見れば海の悲しさ山みれば山の寂しさ身のおきどなき
Yanagihara Byakuren 柳原白蓮 (1885-1967) was de dochter van een adellijke familie (en in de verte afstammeling van de Reizei-familie van hofdichters). Na twee ongelukkige huwelijken ging ze er vandoor met de jonge advocaat en sociaal hervormer Miyazaki Ryūsuke 宮崎龍介 (1892-1971); ); de brief waarin ze haar man de wacht aan zei publiceerde ze ook in de krant. In 1923 trouwde ze met Miyazaki. Hun voor militaire dienst opgeroepen zoon zou in de Tweede Wereldoorlog omkomen bij een bombardement, vier dagen voor Japans overgave. Na de oorlog was Byakuren actief in de vredesbeweging en richtte de ‘Moeders van de Barmhartigheid’ (Hibo no Kai 悲母の会) op.
De foto toont een portret van Yanagihara Byakuren. Bron: Wikipedia.