Categorieën
poëzie

helder ja helder

helder ja helder

helder ja helder helder

helder ja helder

helder ja helder helder

helder ja heldere maan!

            .

aka aka ya / aka aka aka ya / aka aka ya / aka aka aka ya / aka aka ya tsuki

アカアカヤアカアカアカヤアカアカヤ アカアカアカヤアカアカヤ月

Myōe shōnin kashū 152.

Detail van een dertiende-eeuwse hangrol met portret van mediterende Myōe. Collectie Kōzan-ji. Bron: Wikipedia.

Dit bekende gedicht van de (‘eerwaarde’, shōnin) monnik Myōe 明恵上人 (1173-1232) moeten we zien in de traditie van het ‘mediteren op de volle maan’ (let. ‘kijken naar de maancirkel’, gachirinkan 月輪観). Die oefening is dezelfde als het ‘mediteren op de letter A’ (ajikan 阿字観), die staat voor de boeddha Vairocana (Dainichi 大日如来) dan wel de mystieke waarheid, die de monnik visualiseert in de maancirkel. De maan is daarmee een dubbelbeeld voor verlichting.

Dinsdag a.s. is het weer volle maan, maar je kunt volstaan met een afbeelding van de maancirkel, al dan niet met de Sanskriet-letter ‘A’ daarin weergeven.

De aantrekkingskracht van dit gedicht zit hem voor wereldse types als ik natuurlijk in het bijna Dadaïstische klankspel ervan.

Myōe is onder meer bekend om zijn Dromenboek (Yume no ki 夢記), de optekening van visioenen die hij had. Als student las ik dankzij mijn docent dr. Thomas Harper stukken uit Myōe’s biografie door diens discipel Kikai 喜海 (1178-1250), Togano’o Myōe shōnin denki 梅尾明恵上人伝記 (‘De biografie van de eerwaarde Myōe uit Togano’o’). In mijn herinnering lazen we met name de passages die Myōe’s legendarische excentriciteit vermengen met zijn religieuze opvattingen. Zo herinner ik me zijn opmerking dat hij nooit op een dier zou stappen, omdat dat wel eens zijn gereïncarneerde moeder of grootmoeder zou kunnen zijn. Of dat hij zijn medemonniken vermaande dat zij zich ook in hun streven naar onthechting moesten matigen: ‘Verlangen naar heiligheid is ook verlangen’. Fantastisch vond (en vind) ik ook het verhaal dat Myōe een brief aan een eiland stuurde [Myōe shōnin shū, Iwanami Bunko, p. 120-122] waarin hij uitlegde dat ook eilanden een boeddhanatuur hebben. ‘Maar aan wie moet ik die brief dan overhandigen’, vroeg de boodschapper aan Myōe, waarop die antwoordde: ‘Gewoon midden op het eiland leggen en roepen: “Dit is een brief van de monnik Myōe uit Togano’o!”. Dan kan je weer terugkomen.’ Zo simpel kan het zijn.

Het mediteren op de maan, of liever op de Sanskriet-letter ‘A’, is ook de clou van een anekdote over Myōe in de veertiende-eeuwse Tsurezuregusa:

De vrome monnik Myōe liep eens over een pad bij een rivier toen hij daar een man hoorde die zijn paard stond te wassen.

            ‘Ashiashi,’* zei de man.

            De monnik hield stil en zei: ‘Hoe edel, hoe verheven! Wat een kerel — de deugdzaamheid die hij in een vorig leven heeft verworven werpt in dit bestaan zijn vruchten af! Hij heft de heilige woorden ajiaji aan! Van wie mag dit paard wel zijn? Ik sta versteld van zoveel vroomheid!’

            ‘Dit ros is van heer Fushō,’** zei de man.

            ‘Bui-ten-ge-woon!’ riep de monnik. ‘U hebt het over aji hon fushō! Wat een vreugde! U brengt me dichter bij de heilige leer van de Boeddha!’

            En hij stortte warempel tranen van vreugde.

栂尾とがのをの上人、道を過ぎ給ひけるに、河にて馬洗ふ男、「あしあし」と言ひければ、上人立ち止りて、「あな尊たうとや。宿しゆくしふかいほつの人かな。阿阿字と唱となふるぞや。如何なる人の御馬ぞ。余りに尊たふとく覚おぼゆるは」と尋ね給ひければ、「府しやう殿どのの御馬に候さうらふ」と答へけり。「こはめでたき事かな。阿ほんしやうにこそあンなれ。うれしき結けちえんをもしつるかな」とて、感かんるいを拭のごはれけるとぞ。

*) De man zegt: ‘Been, been’ (ashi 足); Myōe verstaat ‘de letter “A”’ (aji 阿字).

**) De man heeft het over ‘de heer Paleiswacht’ (fushō-dono 府生殿), Myōe verstaat ‘niet iets dat door een ander geboorte gegeven wordt’ (fushō 不生) in de leerstelling ‘De letter A is de oorsprong en niet iets dat door een ander geboorte gegeven wordt’ (aji hon fushō 阿字本不生).

Tsurezuregusa sectie 144. Kenkō, De kunst van het nietsdoen, vert. Jos Vos (Van Oorschot, 2020), p. 114.

De afbeelding toont een zondagse aflevering van de strip Mutts door Patrick McDonnell van 27 juni 2004.