bergen in de herfst
stilletjes trekken wolken
aan het oog voorbij
aki no yama / shizuka ni kumo no / tōrikeri
vlietende herfst:
tot op de veranda reiken de stralen
van de neergaande zon
yuku aki ya / en ni sashikomu / hi wa naname
de tsunami trok zich terug,
hoe ontzagwekkend is het dan:
vroege zomerregen
tsunami satte / ato sasumaji ya / samidare
Waarschijnlijk gedicht naar aanleiding van een tsunami ter hoogte van Sanriku, in noordoost-Japan, in juni 1896.
ziek aangekomen,
en ziek weer weggegaan: ik
de vogelverschrikker
yande kitari / yande saru ware ni / kakashi kana
vraag het de wind:
waar het eerste, denk je,
vallen de bladeren?
kaze ni kike / izure ka saki ni / chiru ko no ha
herfstwind!
op weg naar de slacht is
de kont van een koe
akikaze ya / hofurare ni yuku / ushi no shiri
ver van de wereld
komt mijn hart dan tot rust
een lentedag
yo no tōki / kokoro hima aru / hinaga kana
ook al regent het,
het is bijna niet te zien: op bloemen
liggen druppels
furu to shimo / mienu ni hana no / shizuku kana
op het grasveld
in respijt van de hitte
de droom van een hond
shibakusa ya / kagerō hima o / inu no yume
De hiernavolgende gedichten zijn alle in 1904 geschreven, toen Sōseki experimenteerde met deze terloopse dichtvorm die hij zelf ‘poëzie in de haiku-stijl’ (haitaishi 俳体詩) noemde. Hij liep met deze ‘vrije haiku’ vooruit op de groep rondom Ogiwara Seisensui en Ozaki Hōsai.
de sake smaakt me toch bitter vanavond
sake no aji nigaki ka koyoi
een gedicht is het, maar moeilijk voor te dragen
shi naredomo tonaegatashi
hij tilt zijn kont op en stapt op de fiets
shiri o karagete jitensha ni noru
alleen en naakt steek ik het buitenbad aan
hitori hadaka de suefuro o taku
Een suefuro is een buitenbad in de vorm van een open ton waaronder een houtoven zit om het badwater te verwarmen.
hoe lang is de schaduw van een etend hert!
esa o kuu shika no kage no nagasa yo
in je slaap zal je wel niet dichten
suichū nado te shi nakaran
wanneer Li Bai tegen zijn drankzucht vecht
ri haku no yoi o shinobu toki
Li Bai 李白 (701-762) was een beroemde Chinese dichter, berucht om zijn drankgebruik. Een legende wil dat hij verdronk toen hij in dronkenschap de weerspiegeling van de maan op de Yangtze wilde omarmen.
Natsume Sōseki 夏目漱石 (1867-1916) is in de eerste plaats wereldberoemd in Japan als een van de vaders van de moderne roman. Generaties scholieren lazen en lezen zijn Kokoro (Het hart, ook wel De wegen van het hart, 1914). Zijn portret stond twintig jaar lang (1984-2004) op het bankbiljet van duizend yen (zie afbeelding), het biljet dat in de grootste aantallen het vaakst van eigenaar verwisselt. Minder bekend is dat Sōseki ook een verwoed dichter was. Je zou kunnen stellen dat het schrijven van romans voor hem een dure, programmatische plicht was, die hem fysiek en geestelijk uitputte en vrij snel het graf in hielp, en dat de poëzie hem in die worsteling verlichting schonk.
Van Sōseki zijn ruim 2.500 haiku bewaard gebleven. Hij had grote bewondering voor zijn vriend Masaoka Shiki (1867-1902), die vanaf zijn ziekbed bijna eigenhandig de moderne poëzie vormgaf, en vroeg hem vaak om zijn haiku te beoordelen.
Een andere keer zal ik Sinitische poëzie van Sōseki plaatsen; daarvan schreef hij ook een hoop.
2 reacties op “een gedicht is het, maar moeilijk voor te dragen”
Heel mooi, dankjewel. Ook interessant die haitaishi-verzen! Verrassend modern.
Ik geloof niet dat Sōseki die vorm helemaal zelf verzonnen heeft. Er waren daarmee rondom het haiku-tijdschrift Hototogisu ホトトギス in die tijd een aantal andere dichters ook aan het experimenteren, onder anderen Takahama Kyoshi, met wie Sōseki een aantal keren samen haitaishi schreef.