Categorieën
poëzie

wegen over zee

langs wegen over zee

            langs wegen over land zwervend:

mensen uit het volk

            werden allemaal een gedicht

voor Renzen en voor Saigyō

umi no michi / kuga no michiyuki / tamikusa o / uta ni yomikeri / renzen saigyō

海のみちくがの道行き民草をうたに詠みけり蓮禅西行

Impromptu-vers van Zomaar-een Professor (Tadano Kyōju 只乃教授), 5 oktober 2023. Achter die naam gaat Kanechiku Nobuyuki 兼築信行 schuil, een tanka-dichter en hoogleraar middeleeuwse Japanse poëzie aan de Waseda-universiteit te Tokyo. 

Ik gaf er afgelopen week een lezing over twee vroegmiddeleeuwse monniken uit kringen rond het hof, die hun reizen (vaak per boot) gebruikten om ‘gewone mensen’ (shomin 庶民) op te voeren in hun poëzie. De ene monnik is Saigyō 西行 (1118-1190), die waka schreef; de ander is Renzen 蓮禅 (1084?-na 1149), die Sinitische gedichten pende.

Twee keer het hier vertaalde gedicht, in kalligrafie van Kanechiku Nobuyuki. Het gedicht werd twee keer meerstemming gereciteerd.

Nu passen deze gedichten van Saigyō en Renzen helemaal in een grotere trend in de poëzie van de twaalfde eeuw om mensen en beroepen die heel ver van de wereld van het hof afstonden te zien als vernieuwende thematiek. Groot verschil met de hovelingen die daarover fantaseerden is dat deze twee monniken er daadwerkelijk op uit gingen en ver van de hoofdstad interacties hadden met ‘het volk’ (tami ). Afstand tussen monniken met een afkomst uit hofkringen en vissers of marskramers zal er zeker gebleven zijn, maar met eigen inleidingen bij hun waka (kotobagaki 詞書) en ‘zelfcommentaar’ (jichū 自注) bij hun Sinitische coupletten onderstreepten beide monniken een zekere spontaan-documentaire waarde van hun poëzie.

            Vissers voeren uit naar de straat van Ushimado, vissend naar iets dat zij ‘sadae’ noemen; ik zag hen energiek hun bootjes de zee op dirigeren:

schelpdieren wonen

            in spleten tussen rotsen in zee

                        daarnaar op zoek gaan

de vissers steeds haastig voort

            en vormen een spektakel

sadae sumu / seto no ihatsubo / motome-idete / isogishi ama no / keshiki naru kana

 牛窓うしまど瀬戸せと海人あまでいりて、さだえと(まうす)ものをりてふねれ\/しけるを
さだえ瀬戸せとの岩つぼもとでていそぎし海人あま気色けしき(なる)かな

Een waka van Saigyō. Sankashū 1376. ‘Sadae’ is de lokale naam van een of ander schelpdier. ‘Vissers’ is mijn vertaling hier voor ama 海人 (let. ‘mensen van de zee’), wat vaak met ‘duikers’ vertaald wordt omdat ama ook nogal eens doken naar eetbaar zeewier.

            Gedicht over wat ik zag in Kashinomiya

                                                            Priester Renzen

Het einde van de Tweede Maand: een helder lentelandschap

en een niet voorgenomen verlengd verblijf in het gastvertrek.

Een scharlaken mist verduistert de zon voorbij het bergdorp;

witte zilverreigers zijn op zoek naar vis, hier aan waterkant.

De geschonken rijstkoek snijdt mijn dienaar zorgvuldig aan;

            Discipelen kwamen van ver om mij rijstkoek te schenken. Daarom schrijf ik dit.

aan plaatselijke zoutverkopers verklaar ik het nauwgezet.

            Zoutverkopers kwamen aan de deur en vroegen grappend naar de beloning van de Ware Dharma. Ik gaf hen heel gedetailleerd antwoord.

Sinitisch riet groeit aan de oude oever: waar bleef de lentedauw?

            Aan de oude oevers groeien plukken riet. De plaatselijke ouderen zeggen dat het een soort Sinitisch riet is dat vroeger is aangeplant en dat in geen van de vier seizoenen verwelkt.

Chinese bamboe vormt verwilderde hagen, gehuld in donkere mist.

            Naast het overheidskantoor staat een are aan bamboe. Daarom schrijf ik dit.

Oude vissers verlaten hun bootjes om wijn te kopen gaan;

koksjongens zitten bij de oven, hun handen vol met brandhout.

Vanzelf kreeg ik de ingeving om voor mijn karma goed te doen

en ging dus naar een nabije tempel om de Boeddha eer te brengen.

於香椎宮賦所見之事。釈蓮禅。二月三旬韶景天。不図客舍暫留連。紅霞礙日山村外。白鷺伺魚水巷辺。献餅丁寧家僕切。門人自遠郡献餅。故云。売塩子細土民伝。門前有売塩之者。戯問直法。子細答之。唐蘆岸古何春露。古岸有蘆葦之叢。邑老語云。古人殖唐蘆之種。四時不枯也。呉竹籬荒只暮煙。官舍之傍。有一畝之竹。故云。漁老下舟尋酒典。廚児就竈採柴煎。自然今遇善根事。近詣道場礼大仙。

Honchō mudaishi 7-486. In Renzen’s zelfcommentaar bij de zesde regel laat hij marskramers vragen naar de jikihō 直法, wat zowel ‘Ware Dharma’ (leer van de Boeddha) betekenen kan als de prijs van iets. De ‘wijn’ in regel 9 is een oude vorm van (troebele) sake.

De afbeelding toont een boot met een gezelschap monniken, in de Geïllustreerde biografie van de eminente Hōnen (Hōnen shōnin eden 法然上人絵伝, 14e eeuw). Collectie Chion’in 知恩院, nu in het Kyoto National Museum.